.comment-link {margin-left:.6em;}

DORST.

16 september 2006

Eergisteren, gisteren en vandaag.

Ik was ze onlangs opnieuw tegengekomen, geheel toevallig vlak aan mijn voordeur. Achteraf maakte ik er het Lot van. Het hoorde zo. Gisteren op café geweest, vol bezette vrouwen. Zat voorbij haar deur gelopen. Op de deurbel stond haar naam naast die van een jongen. Vandaag alleen op het plein gekeken naar kindervoeten in de fontein, een hangende hondentong, een verloren ballon alsmaar hoger, zeven duiven en één stukje brood, wapperende rokken en lachende monden. Ik was gelukkig, denk ik. Nu is de avond aan me voorbij gevallen. Ik heb het stuk met de rode wolken gemist. De hemel heeft haar schemerlakens al opgetrokken. Misschien moet ik dat ook doen, het licht in de slaapkamer wel nog aanlaten, dan zie ik tenminste nog iets, daar in mijn textielen baarmoeder.